Professionele arbeid wordt steeds meer onderwerp van regulering en standaardisering op basis van wetenschappelijke richtlijnen en kwaliteitsvoorschriften. Voor professionele praktijken waarin het relationele aspect een grote rol speelt, is het essentieel om dit regelgestuurde handelen te integreren met adequaat persoonlijk functioneren. Begeleidingskundigen zoals trainers, coaches en supervisoren worden ingeschakeld om daarbij te helpen. Dit artikel stelt de vraag naar de professionele identiteit van deze begeleidingskundigen. Uit de antwoorden op een vragenlijst over het professionele positierepertoire van coaches, trainers en supervisoren (N = 78) blijkt dat zij zich bewegen tussen drie posities: die van relatiegerichte wijze, inhoudsgerichte wetenschapper en ontregelende schelm. De drie werkvormen die de respondenten het belangrijkst vinden in hun begeleidingsactiviteiten, corresponderen met deze drie rollen: reflectie, instructie en humor. In de discussie wordt geopperd dat het in de literatuur vaak genoemde rollenpaar van inhoudsdeskundige (wetenschapper) en procesbegeleider (wijze) aanvulling behoeft met een derde positie: ontregelaar (schelm)...