Met de sterk toegenomen invloed van regel- en controlesystemen in organisaties is ook de roep om zelfsturing krachtiger geworden. In dit artikel wordt de verschuivende verhouding tussen professionele zelfsturing en hiërarchische controle verkend en wordt de vraag beantwoord welke rol de begeleidingskundige kan vervullen in deze spanningsvolle ontwikkeling in bedrijven en instellingen. In een gedachtewisseling tussen de auteurs worden tien wetmatigheden gepresenteerd die verhelderen dat hiërarchie als zelfsturing tegelijkertijd bestaan, in een onderlinge vervlechting. Bij zelfsturing gaat het daarbij niet alleen om individuele beslissingsruimte, maar juist om het zoeken naar horizontale en verticale afstemming en verbinding, in een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Dit geheel kan beschouwd worden als een permanent collectief leerproces, waarbij de begeleidingskundige een essentiële faciliterende rol te vervullen heeft.